Na een moeizaam onderhandelingstraject is op 30 juni het overleg over een nieuwe cao in het voorgezet onderwijs (VO) vastgelopen. Daarnaast hebben de werkgevers, verenigd in de VO-Raad, op 30 juni de lopende cao opgezegd.

Van het begin af aan was duidelijk dat het geen gemakkelijk traject zou worden. De loonruimte die de werkgevers boden was zeer gering (0,2%) terwijl daarnaast ook een waslijst aan versoberingen werd voorgesteld. De werkgevers pleitten onder meer voor het afschaffen van de automatische periodiek, het maximaal oprekken van de termijnen voor tijdelijke benoemingen en het inperken van het individueel transitiebudget dat voor iedere ontslagen werknemer in de toekomst beschikbaar komt.

In de afgelopen weken zijn door de onderhandelaars van de bonden (waaronder de FvOv) meerdere suggesties gedaan die in het belang zijn van de sector en die bovendien meer recht doen aan de positie van werknemers. Helaas bleef de VO-raad bij zijn eerder ingenomen standpunten en vroeg om meer beleidsruimte voor de werkgevers.

In plaats van de cao stilzwijgend een jaar te verlengen heeft de VO-raad er bovendien voor gekozen de cao per 1 augustus ’15 op te zeggen. De bonden waren verrast door deze keuze en zien niet in hoe deze actie een bijdrage levert aan goede arbeidsverhoudingen in de VO-sector.

Door de cao op te zeggen is er sprake van een cao-loze periode en zouden werknemers die per augustus ’15 in dienst treden op andere arbeidsvoorwaarden kunnen worden benoemd. Een voor de sector zeer ongewenste situatie, waaruit een gebrek aan verantwoordelijkheidsgevoel bij de werkgeverskoepel blijkt. Overigens zullen deze werknemers bij het afsluiten van een nieuwe cao alsnog weer onder dezelfde arbeidsvoorwaarden vallen als de overige werknemers.

De komende weken zullen de vakbonden in overleg treden met hun achterban over de vervolgstappen die moeten worden gezet.

Onze inzet is en blijft nog steeds: een goede cao in het voortgezet onderwijs.

Jilles Veenstra en Sandra Roelofsen, onderhandelaars FvOv